Notabel boecxken van cokeryen


  1. Om te makenne een prosint van amandelen ende dit om [voor] vyer schotelen. 

Neempt amandelen ende stoot [stamp] die in eenen mortyer [vijzel], omtrynt [ongeveer] vier ponden. Alse ghestooten sijn, doetse duere eenen stramijn [zeef] met wat wermen watere. Mair siet toe, dat dye amandelen dic ghenoech bliven. Doet tot desen amandelen een vyerendeel suyckers. Dan siedet [kook] al tesamen dye doergedaen [gezeefde] amandelen met den suyckere in een panne. Alst ghesoden is, soe doetse af [haal ze van het vuur] ende legtse op eenen stramijn oft op nieuwe lijnwaet [linnen doek]. Daer laetse alsoe vercouwen [afkoelen] ofte verslain [afkoelen]. Dan legtse in die schotelen in manieren van boteren, ghelijck men dye boter slaet. Hyerna neempt dye alderschoonste amandelen die mogelijck sijn om crighen. Die suldi in twe stucken sniden, rechs [precies] in de helft. Dan snijt noch die helft in drye ghelijcke stucken lancx [in de lengte] ende deen helft suldy gheluwen [geel kleuren] in sofferaen. Dan steltse al rustich [sierlijk] met langhen rancken [in een opstaande rand] op die stucken van den amandelenbotere. Ende als ghise dyenen wilt, so ghietere melck in dye schotele. Maer huet wel [let er goed op] dat [dat de melk] den stucken van den amandelen niet ghenake [aanraakt].


[Home]      Laatste wijziging: 29-01-03